Over het artikel

Auteur :

www.islamhouse.com

Datum :

Wed, May 24 2017

Categorie :

About Quran & Hadith

Download

De codificatie van de Koran


De codificatie van de Koran
[ nederlands - dutch -الهولندية  ]

 


revisie: Yassien Abo Abdillah
 

 

 

    

 

2013 - 1434
 

 

تدوين القرآن
« باللغة الهولندية »

 

 

مراجعة: ياسين أبو عبد الله

 

 

 

 


2013 - 1434
 


 
Alle lof behoort aan Allah.

Inleiding
De Koran is geopenbaard aan de Profeet Mohammed (saw) in gedeelten gedurende de drieëntwintig jaar van zijn profeetschap. Wanneer er een probleem naar boven kwam of wanneer Allah een speciaal advies wilde geven aan de Profeet  (saw)en zijn volgelingen, zond Allah de Engel Djibriel met een gedeelte van de Koran die hij aan de Profeet  (saw) voorlas. Dus de Koran is niet in zijn complete vorm in eens geopenbaard, zoals de vroegere geopenbaarde boeken, maar in gedeelten gedurende een bepaalde periode.
Het vastleggen van de Koran
Toen Djibriel voor de eerste keer een deel van de Koran voorlas aan de Profeet (saw) , probeerde de de Profeet (saw)het hem woord voor woord na te zeggen. Allah liet Djibriel hem later vertellen dat niet te doen. Hij (saw) moest in plaats daarvan aandachtig naar de Koran luisteren. Toen de Profeet (saw) dat deed, maakte Allah het hem mogelijk om alles te onthouden, zonder enige moeite van zijn kant.
Allah zei in de Koran: Beweeg jouw tong er niet mee (de Koran) om er haast mee te maken. Voorwaar, het is aan Ons hem te doen bewaren en hem voor te doen dragen. Wanneer Wij hem dan hebben doen voordragen, volg dan zijn voordracht. {De Edele Koran 75:16-18}
Het was zeer belangrijk dat de Profeet (saw) alles wat aan hem werd geopenbaard onthield, want hij kon niet lezen en schrijven.
De Profeet (saw) heeft alles van de Koran doorgegeven aan zijn metgezellen voordat hij overleed. Hij gebruikte een aantal verschillende manieren om zeker te stellen dat zij het precies zo zouden onthouden en vastleggen zoals hij het had geleerd.
De Profeet (saw) reciteerde altijd diverse delen van de Koran hardop in de gemeenschappelijke gebeden. Zo hoorden zijn volgelingen dagelijks gedeelten van de Koran.
Iedereen die toetrad tot de islam werd gedeelten van de Koran onderwezen om te gebruiken voor de dagelijkse gebeden. Moslims waren daarom altijd bezig om elkaar diverse gedeelten van de Koran te onderwijzen of te leren.
De Profeet (saw) heeft zijn volgelingen verteld dat de beste van hen degenen waren die de Koran leerden en onderwezen. Dit motiveerde hen om zich nog meer in te spannen om de Koran uit het hoofd te leren en het aan anderen te onderwijzen.
Degenen die in staat waren om te lezen en schrijven, werden door de Profeet (saw) opgedragen om diverse delen van de Koran op te schrijven als ze werden geopenbaard. De Profeet vertelde ze de volgorde waarin ze de verzen moesten vastleggen. Omdat er geen papier was in Arabië in die tijd, werd de Koran geschreven op alles wat voor handen was. De metgezellen schreven de verzen van de Koran op palmbladeren, platte stenen, boomschors, hout, gedroogde dierenhuiden en zelfs op de schouderbladen van schapen of kamelen. De verzen van de Koran werden dus bewaard in zowel de harten van de moslims, als op schrift, tijdens het leven van de Profeet. Sommige mensen traden de islam binnen in diverse stadia van de missie van de Profeet slechts enkelen hoorden de gehele Koran rechtstreeks van de Profeet (saw). Ook waren bepaalde metgezellen beter in het onthouden dan anderen. Dus ook al onthielden ze allemaal gedeelten van de Koran, slechts enkelen waren in staat om de gehele Koran te onthouden tijdens het leven van de Profeet (saw).
Toen de Profeet in het jaar 632 (Chr.) overleed, was de gehele Koran niet opgeschreven in één compleet boek. Het was bewaard op verscheidene stukken schrijfmateriaal en bleef in het bezit van verschillende volgelingen van de Profeet (saw). Zij hadden allemaal een gedeelte, maar niemand van hen had alles. Omdat de verzen van de Koran doorlopend geopenbaard werden, tot een paar maanden voor de dood van de Profeet (saw), maakten de metgezellen zich meer zorgen om het te onthouden dan om het allemaal in een boek vast te leggen. Als gevolg daarvan is de bundeling van de Koran in één tekst niet gedaan tijdens het leven van de Profeet (saw).

Het tijdperk van Aboe Bakr (632 - 634)
Na de dood van de Profeet (saw) ontstonden er op het Arabische schiereiland drie duidelijke groepen die in opstand kwamen tegen de islam.
De eerste groep bestond uit degenen die besloten dat ze geen Islamitische belasting, Zakaat, aan iemand anders dan de Profeet wilden betalen. Zij hadden niet het gevoel dat Zakaat een hoeksteen van de islam was, zoals Salaat (gebed), Saum (vasten) en Hadj (bedevaart). Zij beschouden de Zakaat in plaats daarvan als een bijdrage; een soort belasting die betaald wordt aan iemand die hen had verslagen. Dus toen de Profeet (saw) stierf, vonden zij dat ze dit niet langer hoefden te betalen. Toen Aboe Bakker de leider van de moslimstaat werd, weigerde deze groep om de Zakaat te betalen en stuurde zij legers naar de hoofdstad Medina, om de moslimstaat ten val te brengen. Zij eisten te worden vrijgesteld van Zakaat of anders zouden ze de centra van de islam aanvallen en vernietigen.
De eerste groep werd aangevuld door degenen die de islam hadden geaccepteerd om aan een nederlaag te ontsnappen, maar ook degenen die gewoon aan die winnende kant wilden staan. Deze groep heeft nooit in Allah en Zijn boodschapper geloofd. Zij wilden de islam vernietigen, zodat ze vrij konden zijn om te doen wat ze wilden. Omdat de legers van degenen die weigerden de Zakaat te betalen sterk leken, hebben veel van deze hypocrieten zich bij hen aangesloten.
De derde groep waren de valse profeten en profetesses. In de Najd, in de regio van van Jamaama, verklaarde een arabier van de stam Haniefa zich zelf tot profeet. In het zuidelijk deel van Arabië deed een andere arabier van de stam van 'Ans, genaamd Aswad, een aanspraak op het profeetschap en en nam Najraan over. Ten noorden van Arabië verklaarde een vrouw die Sadjaah genaamd was zichzelf ook tot profetesse en kwam in het geweer tegen de moslimstaat. Deze valse profeten nodigden de mensen uit om de islam te verlaten, door te beweren dat Allah nieuwe wetten aan hen had geopenbaard, die de meeste dingen die door de Profeet Mohammed (saw) waren verboden weer toegestaan.
Echte moslims werden onder het leiderschap van de Kalief Aboe Bakr gedwongen om deze drie groepen te bestrijden om de islam opnieuw te vestigen op het hele arabische schiereiland.
Het eerste schrift
Tijdens deze oorlogen, Riddah genaamd (afvalligheid), werden vele van degenen die grote delen van de Koran uit hun hoofd kenden, gedood. De moslims die veel Koran in hun harten meedroegen waren goed op de hoogte van de beloningen die Allah heeft beloofd aan degenen die vechten voor de islam. Vandaar dat zij altijd in de frontlinies te vinden waren.
Omar ibn al Chattab realiseerde zich het gevaar van wat er gebeurde en vreesde dat als er niet snel iets werd gedaan, dat de de Koran verloren zou gaan voor de toekomstige generaties moslims. Daarom ging hij naar de Kalief Aboe Bakr en adviseerde hem om de hele Koran te laten opschrijven in één boek, zodat het niet verloren zou gaan. Aboe Bakr weigerde in eerste instantie, omdat de Profeet (saw) daarvoor geen opdracht had gegeven. Hij was bang dat hij iets nieuws in de religie zou brengen, want de Profeet had hen gewaarschuwd tegen het veranderen van de religie. Christenen waren vóór hen afgedwaald, omdat zij de religie die de Profeet Jezus ('alaihi asalam) had gebracht hadden veranderd nadat hij was heengegaan. Daarom was Aboe Bakr erg tegen veel veranderingen in de religie die de Profeet niet had opgedragen. Echter, na zorgvuldig overwegen van de situatie, besefte hij dat het advies van Omar juist was. De Profeet (saw) had hen opgedragen om de verscheidene verzen en hoofdstukken van de Koran op te schrijven, terwijl het werd geopenbaard, zodat het kon worden behouden. Het samenbrengen van alles wat was opgeschreven in één compleet boek was alleen maar de voltooing van wat de Profeet was begonnen.
De Kalief Aboe Bakr vroeg Zaid bin Thaabit om leiding te geven aan het verzamelen en het opschrijven van de hele Koran. Zaid weigerde dit in eerste instantie vanwege dezelfde redenen als Aboe Bakr had gehad, maar na een tijdje besefte hij ook dat het juist was.

Zaid werd gekozen omdat:
Hij één van de beste reciteurs van de Koran was
Hij één van de weinigen was die de hele Koran uit het hoofd had geleerd tijdens het leven van de Profeet
Hij één van degenen was die door de Profeet (saw) was gevraagd om de Koran op te schrijven.
Hij één van de weinigen was die aanwezig waren toen de Profeet de hele Koran heeft gereciteerd tijdens de laatste Ramadan van zijn leven.
Zaid begon met het proces door alle materialen waarop de Koran was opgeschreven te verzamelen. Daarna verzamelde hij iedereen die ook de hele Koran of grote delen daarvan uit het hoofd had geleerd om zich heen. Daarna vergeleek hij wat opgeschreven was met wat hij en anderen hadden onthouden. Als ze er allemaal over eens waren, werd het opgeschreven op lederen paginas.
Op deze manier is de gehele Koran opgeschreven tijdens de regering van de eerste Kalief. Na de afronding overhandigde Zaid het aan de Kalief Aboe Bakr, die het behield tot aan zijn dood, twee jaar nadat hij Kalief werd.
Vlak voor zijn dood gaf hij de Koran over aan Omar, die hij had gekozen als tweede Kalief. Omar behield deze kopie van de Koran tot aan zijn dood, tien jaar later, door de moordenaar Aboe Loeloe. De Koran werd toen overgegeven aan zijn dochter Hafsah, die ook een van de vrouwen van de Profeet (saw) was. Hafsah bewaarde de Koran in haar huis in Medina, maar zij stelde het beschikbaar aan iedereen die er kopieën van wilde maken, of de juistheid te controleren van wat zij hadden onthouden.

Het tijdperk van Oethmaan (644-656)
Na de dood van de tweede Kalief Omar, werd door een commitee, bestaande uit zes van de beroemdste metgezellen van de Profeet (saw) Oethmaan bin  Affaan gekozen tot derde Kalief.
Tijdens de regering van Kalief Omar heeft de Islamitische Staat zich uitgebreid voorbij de grenzen van de het Arabische Schiereiland naar Egypte, Syrië en Irak. Onder het opvolgende bewind van Kalief Oethmaan ging de uitbreiding door naar Perzië, India, Rusland, China, Turkije en over Noord Afrika. Vele mensen in deze regios accepteerden de Islam en leerden de recitatie van de Koran van de vroege Moslims. De Koran was geopenbaard aan de Profeet (saw) in zeven verschillende Arabische dialecten en de vroege Moslims onderwezen de Koran in haar diverse lezingen.

Het tweede schrift
In de moslimprovincies begonnen sommige arabieren op te scheppen dat hun dialect superieur was aan dat van anderen. Daarnaast, als nieuwe moslims fouten maakten in hun recitatie van de Koran, was het soms moeilijk om te zeggen of het werkelijk om een fout ging of dat het een van de zeven lezingen was die door de Profeet (saw) zijn onderwezen. Deze problemen werden uiteindelijk een bron van verwarring in de moslim provincies buiten Arabië. Een van de metgezellen (Sahaabah) van de Profeet (saw) met de naam Hoedhaifah bin al Yamaan merkte de verwarring terwijl hij in Irak was, en hij vreesde dat het zou leiden tot het uiteenvallen van de moslimnatie en veranderingen van de Koran. Bij zijn terugkeer informeerde hij Kalief Oethmaan over wat hij had gezien. Kalief Oethmaan realiseerde zich de ernst van de situatie en riep de voornaamste Sahabah bijeen om een oplossing te vinden voor het probleem. Zij besloten om officiële kopieën van de Koran te maken van het exemplaar dat in de tijd van Aboe Bakr was opgesteld en de mensen te limiteren aan de recitatie hiervan.
Oethmaan vroeg Hafsa om een origineel exemplaar van de Koran en riep Zaid bin Thaabit om een commitee van vier Koranische geleerden voor te zitten, die de taak zou ondernemen om de officiële kopieën te vervaardigen. Toen de kopieën waren vervaardigd, werd het origineel teruggegeven aan Hafsah. Er werden in totaal zeven kopieën gemaakt en één werd er gestuurd naar Mekka, een ander naar Syrië, één naar Basra, één naar Kufah, één naar Jemen, één naar Bahrein en één exemplaar werd bewaard in de hoofdstad Al Medina. Kalief Oethmaan stuurde een officiële reciteur van de Koran met elke kopie mee, om alle problemen die later zouden blijken op te helderen. Hij gaf ook opdracht om alle andere kopieën van de Koran zouden worden vernietigd, want mensen hadden aantekeningen gemaakt in hun persoonlijke kopieën en sommige kopieën waren incompleet. Alle nieuwe kopieën werden daarna gemaakt van de officiële kopie Mushaf Oethmaan genoemd, en op die manier werd de Koran gered van elke vorm van verandering of verlies. Dit proces werd afgerond twee jaar nadat Oethmaan de nieuwe Kalief werd.

De memorisatie van de Koran
Hoewel het totale aantal van de Sahabah dat de Koran uit het hoofd had geleerd en voorgelezen aan de Profeet (saw) klein was, hebben velen het uit het hoofd geleerd na zijn dood. In feite nam het aantal dat de Koran uit het hoofd kende met elke volgende generatie moslims toe. Vandaag de dag zijn er letterlijk honderden duizenden moslims over de hele wereld die dit hebben gedaan.
Er is geen enkel ander boek, religieus of anders, in de gedocumenteerde geschiedenis, dat op zo'n grote schaal uit het hoofd is geleerd. De Koran is ongeveer viervijfde deel van de lengte van het Nieuwe Testament van de Christenen, maar er is geen enkele persoon in de gedocumenteerde geschiedenis bekend die de het Nieuwe Testament compleet uit het hoofd kent. Feit is dat zouden op een of andere manier alle boeken in de wereld vernietigd worden, dan is het enige boek dat woord voor woord opnieuw kan worden geschreven, zonder enige fout, de Edele Koran.

Het belang van het waarborgen van de Koran
Allah heeft in de Koran beloofd dat Hij de verantwoordelijkheid heeft genomen om Zijn Definitieve Woord te beschermen tegen verlies. Hij zei:
Voorwaar, Wij zijn het Die de Vermaning (de Koran) hebben neergezonden. En voorwaar, Wij zullen daarover waken.? {De Edele Koran 15:9}
Dus de Koran is behouden in zowel de mondelinge als de geschreven vorm, zoals dat met geen ander religieus boek in de geschiedenis het geval is.
Waarom heeft Allah de Koran bewaard en toegestaan dat Zijn eerdere Boeken van Goddelijke openbaring zijn veranderd en verloren gegaan? Het antwoord op die vraag ligt in de volgde drie feiten:
De eerdere profeten en hun Boeken werden aan specifieke volkeren voor specifieke perioden in de geschiedenis gezonden. Op het moment dat een periode beëindigd was, werd er een nieuwe profeet gezonden, met een nieuw Boek, om het voorgaande Boek te vervangen. Daarom was het niet noodzakelijk dat deze Boeken werden bewaard door Allah Zelf. De bewaring van de eerdre Boeken werd gegeven aan de mensen als een test voor hen. Dus als de mensen afdwaalden, veranderden zij wat er was geschreven in de boeken die de profeten hadden gebracht, om de dingen die hen waren verboden toegestaan te maken. Op die manier zijn alle eerdere Boeken van Openbaring ofwel veranderd ofwel verloren gegaan.
De Profeet Mohammed (saw) was de laatste profeet die Allah heeft gestuurd, en hij was niet gezonden aan een specifiek volk of een specifieke tijd. Hij was gezonden voor de hele mensheid, tot het einde van de wereld. Allah zegt in de Koran: Wij hebben jou slechts gezonden uit genade voor de hele mensheid, maar de meeste mensen begrijpen het niet. {34:28} Dus dit Boek van openbaring, de Koran, moest speciaal worden bewaard tegen elke vorm van verandering of verlies, zodat het beschikbaar zou zijn voor alle generaties van de mensheid tot aan de Laatste Dag van de wereld.
De Koran was het voornaamste wonder dat aan de Profeet Mohammed was gegeven, om te bewijzen dat hij een ware profeet van God was en geen vervalser. Daarom moest de Koran worden bewaard om te bewijzen aan latere generaties dat Mohammed werkelijk de laatste profeet van God was. Alle valse profeten die na de Profeet Mohammed kwamen, hebben boeken gebracht waarvan zij beweerden dat ze door Allah waren geopenbaard, maar geen van deze hadden de miraculeuze mogelijkheid om door duizenden te worden gememoriseerd, noch hebben ze iets kunnen toevoegen aan de boodschap van de Koran. Het belang van de behoudenis van de Koran is dat de Islam daardoor in haar originele pure vorm is bewaard gebleven. De mens kan altijd terugkeren naar de bronnen van de Islam, zonder dat mensen mettertijd iets hebben toegevoegd of vergeten. Alle essentiële principes van de islam kunnen worden teruggevonden in de Koran. Zodoende betekende de behoudenis van de Koran de behoudenis van de Islam in haar definitieve vorm. Het verlies van het Evangelie van Jezus ('alaihi asalam) betekent dat Christenen nooit meer terug kunnen keren naar de ware leringen van de Profeet Jezus ('alaihi asalam), behalve door de Islam te accepteren. Zo ging ook de originele Thora verloren toen de Tempel van de Profeet Salomo?s ('alaihi asalam) in Jerusalem werd vernietigd door de Babyloniërs. Zodoende kunnen de Joden niet meer terugkeren naar de pure leringen van de Profeet Mozes ('alaihi asalam), behalve door de Islam te accepteren.
Alleen in de Islam zijn de pure leringen van de profeten bewaard gebleven zonder verandering. Daarom zei Allah in de Edele Koran: Voorwaar, de enige Godsdienst bij Allah is de Islam. {De Edele Koran 3:19}