Over het artikel

Auteur :

www.islamhouse.com

Datum :

Mon, May 22 2017

Categorie :

Morals & Ethics

Download

Let op je woorden

Let op je woorden

[ nederlands - dutch -الهولندية  ]

revisie: Yassien Abo Abdillah
 


Kantoor voor da'wa Rabwah (Riyad)
    

2014 - 1434
 

Islam voor iedereen

زن كلامك
        « باللغة الهولندية »

 

مراجعة: ياسين أبو عبد الله

 

 

 

 

2013 - 1434
 


 
Alle lof behoort aan Allah.

 

Het bewaren van een geheim
Vertaald en bewerkt door Umm Sayfuddien
Het bewaren van een geheim is een grote uitdaging. Het is niet zo gemakkelijk als velen van ons denken. Wanneer iemand een geheim met je deelt en jou informatie bekend maakt waar niemand anders van op de hoogte is, dan wordt jou iets vertrouwelijks toevertrouwd. Zij vonden dat jij het waard was om een geheim mee te delen en gaven jou op deze manier een stukje macht over zichzelf. Als jij hun geheimen vervolgens openbaar maakt, is er iets heel kostbaars verloren gegaan. Zelfs als je er niets slechts mee bedoelde en het geheim niets groots voorstelde: het feit dat je het geheim niet kon bewaren betekent dat je het niet waard was om in vertrouwen genomen te worden. Of je het nou uit achteloosheid, met een kwade opzet of uit minachting voor deze persoon hebt gedaan, hij of zij zal nooit meer hetzelfde gemak, gevoel van nabijheid of gevoel van vertrouwen bij jou hebben. Maar in de meeste gevallen hebben het schenden van vertrouwen en het openbaar maken van geheimen wel degelijk schadelijke gevolgen. Hoeveel vriendschappen zijn er verbroken en hoeveel huwelijken zijn er stuk gelopen omdat elk klein ding wat iemand zegt over zijn vriend of partner als een lopend vuurtje door de hele gemeenschap gaat?Hersenloze mensen houden ervan om te praten over andermans tekortkomingen en hun persoonlijke tekortkomingen, omdat roddelen en lasteren hun eigen tekortkomingen verdoezeld en hen dit een gevoel van valse trots en superioriteit geeft. Wanneer achteloze tongen en hersenloze hoofden weelderig worden in een samenleving, verwacht dan rampen. Elk klein meningsverschil loopt uit op een vechtpartij en een wrok voor het leven.
Zie hoe H'oedzayfah ibn al-Yamaan (moge Allah tevreden zijn met hem) het geheim van de boodschapper van Allah (Allah's zegeningen en vrede zijn met hem) bewaarde, toen hij hem uitkoos om zijn geheim betreffende de namen van de hypocrieten te bewaren. Deze nobele metgezel had tot hij stierf en werd begraven, nooit iets aan iemand verteld – zijn geheim werd met hem mee begraven.
Wat moeten wij doen als wij onopzettelijk of toevallig iets over iemands geheime tekortkoming te weten komen? Een goed voorbeeld ligt in ‘Iesaa (Jezus) (vrede zij met hem) die een man opmerkte toen hij aan het stelen was. Hij vroeg: “Ben je aan het stelen?” De man zei: “Ik zweer bij Degene Die geen deelgenoot heeft, ik ben niet aan het stelen.” ‘Iesaa (vrede zij met hem) zei: “Ik geloof in Allah, en ik verloochen mijn ogen.” (Overgeleverd door al-Boekhaarie.)
Het bedekken van de zonden en tekortkomingen van je broeder of zuster is een daad van grote nobelheid en gaat bij Allah de Verhevene gepaard met een grote beloning, in zo een mate dat de profeet (Allah's zegeningen en vrede zijn met hem) heeft gezegd: “Wie de zonden van zijn broeder bedekt, Allah zal zijn zonden op de Dag der Opstanding bedekken.”
Als jij dus wilt dat Allah de Verhevene jouw zonden zal verbergen en voorbijzien op de Dag des Oordeels, pas dan op voor het praten met anderen over iemands tekortkomingen.
Vaak zien wij hoe sommige mensen het slachtoffer worden van bepaalde geruchten over hen, die zo snel als vuur in droog struikgewas rondgaan. Dit komt omdat veel mensen niet weten hoe zij hun geheimen moeten bewaren.

Safwaan ibn Mohriz heeft overgeleverd dat een man eens aan Ibn ‘Omar (moge Allah tevreden zijn met vader en zoon) vroeg: “Hoe heb jij de boodschapper van Allah (Allah's zegeningen en vrede zijn met hem) horen praten over nadjwa (geheime communicatie) op de Dag der Opstanding?" Ibn ‘Omar antwoordde: “Ik hoorde de boodschapper van Allah (Allah's zegeningen en vrede zijn met hem) zeggen: 'Allah de Almachtige brengt de gelovige dienaar nabij, dan toont Hij hem al zijn voorgaande zonden en zegt: 'Herinner je je deze zonde? Ken jij deze zonde?' Totdat Hij de dienaar ze allemaal heeft laten bevestigen en hij begint te denken dat hij zeker zal vergaan. Dan zegt Allah tegen hem: 'Ik heb ze in de wereld verborgen gehouden en zal ze nu vergeven (de zonden).'” (Overgeleverd door al-Boekhaarie en Moeslim.)
Deze h'adieth herinnert ons niet alleen aan de grenzeloze Genade van Allah Ta'aala tegenover zijn gelovige dienaren, maar het leert ons ook dat er bepaalde dingen zijn die niemand zou moeten weten. Je hebt die dingen gedaan; je voelde je er slecht over; je toonde berouw, waar is bekendmaking dan goed voor?
Het herinnert ons er ook aan dat Allah de Verhevene as-Saatir (de Bedekker) is. Heb je dan niet gehoord dat de boodschapper van Allah (Allah's zegeningen en vrede zijn met hem) heeft gezegd: “Mijn hele oemmah (gemeenschap) is goed en correct behalve de moedjahiroen. En het behoort tot moedjahharah dat een persoon gedurende de nacht iets doet en de volgende ochtend opstaat, nadat Allah hem bedekt had, en het bekend maakt: 'Gisteren heb ik zus en zo gedaan.' Hij bracht de nacht door terwijl Allah hem bedekte en hij stond op en trok zelf de bedekking van Allah weg.” (Overgeleverd door al-Boekhaarie en Moeslim.)
‘Amr ibn al-‘Aas (moge Allah tevreden zijn met hem) had hier een prachtige uitspraak over: “Ik zou het de man aan wie ik een geheim heb toevertrouwd niet kwalijk nemen als hij deze vervolgens prijsgeeft, want zelfs mijn eigen borstkas was te nauw om het te bewaren.”
Een wijze man heeft eens gezegd: “Harten zijn kluizen voor jouw geheimen; de lippen zijn de sloten en de tongen zijn de sleutels. Bewaak dus de sleutels tot jullie geheimen.”
Het maakt niet uit hoe dicht je bij iemand staat, weet dat dingen op een dag fout kunnen lopen en dat jouw verhaal dan bekend zal worden, daarom kunnen sommige dingen beter niet gezegd worden.


De Drievoudige Filtertest
Tijdens de gouden Abbasideperiode, was één van de geleerden in Bagdad, de hoofdstad van het moslimkhalifaat op dat ogenblik, befaamd om kennis. Op een dag ontmoette een goede kennis deze grote geleerde en zei: "Weet u wat ik juist over uw vriend hoorde?"
Geleerde: "Wacht eventjes, alvorens het met te vertellen, wil ik dat je een kleine test ondergaat. Het wordt de Drievoudige Filtertest genoemd."
De Man: "Drievoudige Filtertest?"
Geleerde: "Dat is juist, alvorens u over mijn vriend spreekt zou het een goed idee zijn om even te filteren wat u gaat zeggen."
De geleerde ging verder: "Daarom noem ik het de drievoudige filtertest. De eerste filter is Waarheid. Bent u absoluut zeker dat wat u op het punt staat me te vertellen waar is?"
De Man: "Nee, eigenlijk hoorde ik het enkel..."
Geleerde: "Oké, dus u weet niet of het werkelijk waar is of niet. Nu proberen we de tweede filter, de filter van Goedheid. Is wat u wilt vertellen over mijn vriend iets goeds?"
De Man: "Nee, in tegendeel."
Geleerde: "Zo, dus u wilt mij iets slecht over hem vertellen, maar u bent niet zeker dat het waar is. U kunt de test nog verder doen niettemin, omdat er nog één filter is: de filter van het Nut. Is wat u me wilt vertellen over mijn vriend iets dat nuttig zal zijn voor mij?"
De Man: "Nee, niet echt."
Geleerde: "Goed, als wat u me te vertellen hebt noch waar is, noch goed is, noch zelfs nuttig is, waarom zou je het dan aan mij vertellen?"
Allah de Verhevene heeft in de Qor-aan in Soerah 49 (al-H'oedjoerat) aayah 12 gezegd (Nederlandstalige interpretatie van de betekenis): “O jullie die geloven! Vermijd in het algemeen verdenking want achterdocht is een zonde. En spioneert niet, en roddel niet over elkaar. Zou iemand van jullie het vlees willen eten van zijn dode broeder? Jullie zouden het haten (dus haat roddelen, kwaadsprekerij). En vrees Allah. Waarlijk, Allah is Berouwaanvaardend, Meest Genadevol.”


Kijk naar je tong en je handen!
Door Oemm ‘Abdoer-Rah'maan

De profeet (Allah's vrede en zegeningen zijn met hem) zei: “Degene die zijn Islaam het beste uitoefent, is degene voor wiens tong en hand moslims veilig zijn.” [Verzameld door at-Tabaraanie in al-Kabier S.J.S. 1129. Ook verzameld door al-Boekhaarie, Vol. 1, nr. 9; Moeslim, Vol. 1, nr. 64; Aboe Daawoed, nr. 2475. Zie ook Mishkaat al-Masaabieh', Vol. 1.]
Dus gelovige! Wil jij niet het beste zijn in jouw uitoefening van de Islaam? Wil jij niet tot degenen behoren die al-Djannah (het Paradijs) zullen binnentreden in verrukking en extase? Kijk dan naar jouw tong en handen!
Zijn onze broeders en zusters veilig voor het gevaar van onze tongen en het kwaad van onze handen? Of zijn onze tongen en handen een gevaar voor hen en de oorzaak van hun pijn?
Zijn wij door onze handelingen onze zielen aan het reinigen of aan het vernietigen? Haasten we ons richting al-Djannah of naderen we Djahannam (de Hel)?!
Laten we allereerst eens kijken naar onze tongen. We weten maar al te goed dat lasteren/roddelen een grote zonde is. Echter, hoe gering is onze vastberadenheid om hiervoor te waken! Een met roddel gevulde opmerking hier en daar lijkt misschien onschuldig, maar het is een gevaarlijk pad om te betreden. In andermans ogen zijn we die persoon aan het kleineren. We hebben misschien onze ego's hoog doen rijzen, alleen om onze harten onder te dompelen in duisternis.
In dit wereldse leven zorgen dergelijke opmerkingen voor de vernietiging van het vertrouwen en genegenheid tussen moslims. Dergelijke opmerkingen laten wrok en achterdocht achter in de harten. We zorgen er ook voor dat degenen om ons heen 'partij kiezen' in deze strijd van de tongen.
Dus een 'schijnbaar onschuldige opmerking' zaait op deze manier haat en verderf in de samenleving. Shaytaan (satan) staat altijd gereed om aan te vallen, en zorgt ervoor dat een vurig woord ontsteekt in een vlam, zo groot dat woorden zelfs kunnen leiden tot oorlogen. Laat ons daarom diep nadenken over de ernst van deze ondeugd en begrijpen waarom Allah dit heeft vergeleken met de walgelijke en misselijkmakende handeling van het eten van het vlees van iemands dode broeder: “O jullie die geloven! Vermijd in het algemeen verdenking want achterdocht is een zonde. En spioneert niet, en roddel niet over elkaar. # Zou iemand van jullie het vlees willen eten van zijn dode broeder? Jullie zouden het haten (dus haat roddelen, kwaadsprekerij). ## En vrees Allah. Waarlijk, Allah is Berouwaanvaardend, Meest Genadevol.” [Soerat al-H'oedjoerat (49), aayah 12.]
# <<>>
## <<< a) Verhaald door Aboe Hoerayrah (moge Allah tevreden zijn met hem): “Allah's boodschapper (Allah's vrede en zegeningen zijn met hem) heeft gezegd: ‘Pas op voor verdenking/achterdocht, want verdenking/achterdocht is de slechtste van onjuiste verhalen; en zoek niet naar elkaars fouten/gebreken en bespioneer elkaar niet, en verricht geen nadjsh * en wees niet jaloers op elkaar en haat elkaar niet, en verlaat elkaar niet (stop niet met het tegen elkaar spreken). En O aanbidders van Allah! Wees broeders!'” [Sah'ieh' al-Boekhaarie, 8/6066 (O.P.92)]
b) Verhaald door Hoedhzayfah (moge Allah tevreden zijn met hem): “Ik hoorde de profeet (Allah's vrede en zegeningen zijn met hem) zeggen: ‘Een qattaat ** zal het Paradijs niet binnengaan.'” [Sah'ieh' al-Boekhaarie, 8/6056 (O.P.82)]
c) Roddelen/kwaadspreken en de Uitspraak van Allah de Verhevene “En bespioneer niet en roddel niet over elkaar” – verhaald door Ibn ‘Abbaas (moge Allah tevreden zijn met hem): Allah's boodschapper (Allah's vrede en zegeningen zijn met hem) passeerde bij twee graven en zei: ‘Beide van hen (de personen in de graven) worden bestraft, en zij worden niet bestraft voor een grote zonde. Deze (persoon) beschermde zich niet tegen het vervuild raken met zijn urine (tijdens het urineren, en hij waste zichzelf niet goed na het urineren), en de andere (persoon) ging rond met lasterpraat (roddels, kwaadsprekerij) [onder de mensen om vijandelijkheden te veroorzaken, d.w.z., iemand gaat naar een persoon en vertelt hem dat die-en-die (persoon) dit-en-dat (slechte dingen) over hem zegt].' De profeet (Allah's vrede en zegeningen zijn met hem) vroeg vervolgens om een groene tak van een dadelpalmboom, spleet het in twee stukken en legde er een op elk graf, en zei: ‘Laten we hopen dat hun bestraffing verminderd wordt totdat deze twee stukken van de tak droog worden.'” *** [Sah'ieh' al-Boekhaarie, 8/6052 (O.P.78)]
* Nadjsh betekent het bieden van een hoge prijs voor iets om een andere klant die in dat voorwerp geïnteresseerd is te verlokken om ook hoog te bieden.
** Een qattaat is een persoon die onaangename, onjuiste informatie over iemand bekendmaakt bij anderen met de intentie om kwaad en vijandigheid tussen hen te veroorzaken.
*** Deze handeling van de profeet (Allah's vrede en zegeningen zijn met hem) was een soort smeekbede voor de overleden personen. (Fath' al-Baarie, vol. 1, p. 332)>>>
Laat ons ook de gevolgen voor ons in al-Aakhirah (het Hiernamaals) realiseren. De profeet (Allah's vrede en zegeningen zijn met hem) heeft ons gewaarschuwd: "Toen ik was opgenomen tot de hemelen, liep ik langs mensen die koperen klauwen hadden en rukten aan hun gezichten en borsten. Ik vroeg: 'Wie zijn deze (mensen), O Djibriel?' Hij antwoordde: "Zij zijn degenen die het vlees van mensen aten en hun eer beledigden.'" (Overgeleverd door Ah'mad en Aboe Daawoed.)
Hoe zal het ons vergaan op de Dag dat tongen verscheurd worden en gezichten opengereten worden? Dus hoe kunnen en durven wij onze tongen zo vrij te laten afzwerven? In plaats van te luisteren naar dergelijk gepraat, dienen we onze tongen te gebruiken om een grote beloning te verzekeren, door het bestrijden van alle vormen van laster en dit te corrigeren op de goede manier. Deze situaties zijn gelegenheden van Allah om djihaad te verrichten, want voorwaar, een poging ondernemen om je tong te bewaken is werkelijk een djihaad (djihaad an-nafs.
Laten we ons haasten om onze dagelijkse spraak te verbeteren. Hebben wij ooit nauwkeurig onderzocht hoe weinig oprechtheid er in onze stemmen is, wanneer we spreken? Hoe mechanisch is onze spraak geworden! Onze woorden komen uit onze kelen en niet uit onze harten. Hoe gemakkelijk kwetsen onze tongen anderen. We tonen zorg en bezorgdheid voor onze medemoslims, maar onze harten zijn misschien leeg. Toch zijn dit onze eigen broeders en zusters! We zouden van hen moeten houden en het beste voor hen wensen. Tongen zijn scherp en harten zijn koud, want de eigenliefde heeft geen ruimte gelaten voor anderen...
Laten we onze woorden zorgvuldig onderzoeken. Geven onze woorden troost en verlichting aan degenen om ons heen, of vallen ze scherp en zwaar op hun harten? Eén scherp woord van ons doet de vriendelijke dienaren van Allah vervallen tot droefheid en treurnis. Maar weet dat Allah alles hoort en de engelen elke uitspraak opschrijven: "Er is geen woord dat hij spreekt of aan zijn zijde bevindt zich een waker die gereed is." [Soerat Qaaf (50), aayah 18.]
Hoe zal het ons vergaan wanneer al onze onvriendelijke woorden voor onze ogen verschijnen, op het moment dat onze rol van daden wordt weergegeven? Wat voor een met doodsangst geslagen toestand zullen we ervaren op die Dag, wanneer het tot ons daagt dat ook wij kunnen vervallen tot een veel grotere treurnis...? We zoeken bij Allah toevlucht hiervoor! Aboe Hoerayrah (moge Allah tevreden zijn met hem) verhaalde dat hij de boodschapper van Allah (Allah's vrede en zegeningen zijn met hem) hoorde zeggen: “Waarlijk, een dienaar zegt misschien een woord dat hij zich niet realiseert en het zal hem doen vallen in het vuur, verder dan het Oosten en het Westen." (Overgeleverd door al-Boekhaarie en Moeslim.)

Beste moslims, we moeten beseffen, en wel nu, dat onze woorden onze broeders en zusters harder pijn doen en verminken dan messen. Zouden we ooit ons voor kunnen stellen dat we hen zouden snijden met een mes? Toch snijden wij met onze tongen diep in hun harten. Weet dat we niet het beste kunnen zijn in onze Islaam, als we falen om onze tongen te bewaken. Voorwaar, onze imaan (geloof) is in gevaar als we achteloos blijven; en als onze imaan verloren is, hebben we alles verloren... De profeet (Allah's vrede en zegeningen zijn met hem) bevestigde: “De imaan van Allah's dienaar zal niet oprecht zijn, totdat zijn hart oprecht is, en zijn hart zal niet oprecht zijn, totdat zijn tong oprecht is.” (Overgeleverd door Ah'mad.)
Bedenk hoeveel keer per dag en nacht wij onze tongen gebruiken. Laten we de vraag, hoe ze ons misschien aan het vernietigen zijn, daarom niet langer uitstellen. Laat ons streven om onze tongen te gebruiken in manieren welke ons, inshaa-e llaah, zal redden, want voorwaar, ontelbaar zijn de manieren waarop onze tongen al-Djannah kunnen verzekeren, inshaa-e llaah.
O jij, die tot de beste gelovigen wil behoren! Haast je naar vriendelijke spraak en goede woorden. Roep op tot Tawhied (de eenheid van Allah), beveel het goede en verbied het slechte en onderwijs anderen met je tong. Allah heeft ons de manier getoond, als we het enkel zouden proberen: "En wiens woord is beter dan dat van degene die oproept tot Allah en goede werken verricht, en die zegt: 'Voorwaar, ik behoor tot de moslims.'" [Soerat Foesselat (41), aayah 33]
Neem dit advies dus ter harte, voordat de gelegenheid weg is en je tong stil valt in het graf...
En hoe zit het met onze handen? Zijn ze uitgestrekt om hulp en liefdadigheid aan te bieden aan de behoeftigen? Worden ze gebruikt om het beste van goede daden uit te voeren, of grijpen en nemen zij wat niet aan hen behoort? Verkopen onze handen twijfelachtig voedsel en drank aan anderen? Slaan diezelfde handen boos onze kinderen voor tekortkomingen die we zelf eens hadden...?
Laten wij onze handen van dichtbij onderzoeken. Als zij meer nemen van anderen en minder geven, of meer kwaad doen en minder troosten, besef dan dat we misschien onderdrukkers zijn. Onze handen zijn onze geliefde broeders en zusters aan het onderdrukken en uiteindelijk beschadigen ze onze eigen zielen. Let op, opdat deze handen niet een pad uitsnijden naar ellende...
Begrijp dat we allen op onze hoede moeten blijven tegen shaytaan (satan) en besef hoe hij de handen van mensen gebruikt om zijn slechte plannen uit te voeren. Mensen zoals Aboe Lahab wiens handen zullen branden in de vlammen: “Vernietigd zijn de handen van Aboe Lahab en vernietigd is hij. Zijn bezit en wat hij voortbracht, baat hem niet. Hij zal een Vuur van vlammen (de Hel) binnengaan..." [Soerat al-Masad (111), aayah 1-3.]
Weet dat shaytaan ook tracht om jouw handen in het Vuur te gooien, pas dus goed op!
Laat ons erkennen dat onze handen een onmetelijke zegening van Allah zijn; hoe mooi onze Heer ze in elkaar heeft gezet en hoe divers en ingewikkeld zijn de taken die ze kunnen uitvoeren. Bedenk hoeveel goeds ze kunnen doen, door het verlof van Allah en hoeveel van de Aakhirah (Hiernamaals) zij kunnen verwerven.
Laten we ons uitsloven om met onze handen onze broeders en zusters te helpen, zowel zij die dichtbij, als zij die ver zijn. En laat ons niet de simpele dingen vergeten, want zelfs de kleinste daden kunnen de grootste beloningen voortbrengen. De profeet (Allah's vrede en zegeningen zijn met hem) zei: “Een man liep langs een tak van een boom, die op de weg lag en zei: 'Bij Allah, ik wil dit uit de weg van moslims verwijderen zodat het hun geen pijn zal doen,' en hij werd toegelaten tot het Paradijs." (Overgeleverd door Moeslim, 914.)
Deze h'adieth zou ons moeten aansporen om dingen die op de weg, op de stoep, of zelfs in de supermarkt, zijn gevallen, op te pakken. Bedenk dat we niet alleen moslims van kwaad redden, maar ook vele andere mooie schepsels van Allah - zoals de insecten en de vogels, de dieren en planten. Denk bijvoorbeeld aan de simpele handeling van het gooien van een leeg blikje in een vuilnisemmer, zonder dat er enige pijnlijke gevolgen zullen zijn (voor voorbijgangers).
Laten wij geen enkele gelegenheid onbenut laten om onze handen te gebruiken voor goede daden, want Allah geeft ons hier dag en nacht de gelegenheid toe. Al is het alleen maar het koken van een lekkere maaltijd, waardoor vrienden of familie bijeen worden gebracht, waarbij zegeningen van boven kunnen komen, inshaa-e llaah: "De besten onder jullie zijn degenen die anderen voeden en de salaam beantwoorden." (Overgeleverd door Ah'mad, al-H'aakim, Sah'ieh'oe l-Djaami' as-Saghier, 3318)
En laat ons niet degene vergeten die later de afwas doet en de beloning die zij ontvangen, inshaa-e llaah, want zij gebruiken hun handen om anderen te verlichten van deze taak! Soebh'aan Allaah! Hoe gemakkelijk kan het zijn om Djannah te verdienen…
O vriend! Denk na over deze h'adieth, want hierin ligt misschien één van de sleutels voor jouw redding en succes, in dit leven en het volgende. Het volgen van bovenstaande wijsheid, inshaa-e llaah, maakt het ons mogelijk om onze boeken van goede daden te ontvangen in onze rechterhanden en blij de salaam van de engelen te beantwoorden met onze tongen, terwijl zij ons brengen naar de poorten van het Paradijs. Laten wij daarom niet hardvochtig zijn met onze onschuldige kinderen, die onze mooie bloemen zijn. En laat ons niet onverschillig zijn tegen onze wijze en zorgzame ouderen. Laten wij nu strijden voor deze plichten, terwijl we deze kostbare geschenken van Allah (nog) hebben - onze tong en handen. (Hoedaa Magazine, Volume 8, nummer 4, januari 2001 - Shawwaal 1421 H.)
 
 
Wanneer is er sprake van echt roddelen?
salaam al3ikoem beste broeder(s) moge ALLAH jullie rijkelijk doen belonen voor alle inspanningen die jullie verrichten op de weg van ALLAH, ik had een vraag....als volgt roddelen....wanneer is er sprake van echt roddelen... is het niet zo dat als ik praat (zonder namen te noemen) dan is het toch geen roddelen..?? zou u mij aub willen beantwoorden insallah ook met bewijzen natuurlijk... moge Allah ons vergeven moge Allah ons verwijderen van het eeuwige Hellevuur. moge Allah ons leiden op Zijn enige rechte pad, amien, salaam ali3koem
Om nu in het kort te reageren op je vraag:
Alle lof is voor Allah.
Ibn Kathier (moge Allah hem genadig zijn) zei in zijn Tefsier van Soerat al-H'oedjoeraat: “Ghiebah is verboden (h'araam) door consensus (idjmaa'), en over het algemeen is er geen uitzondering daarop, behalve in omstandigheden waarbij het noodzakelijk is om over mensen te spreken, zoals al-Djarh' wat-Ta'diel (het bevestigen van de status en betrouwbaarheid van h'adieth-vertellers) en an-nasieh'ah (het geven van advies).”
Al-Qoertoebie zei: “De geleerden zijn het eens dat het een grote zonde (al-kabaa-ir) is en dat het begaan van deze zonde berouw (tawbah) tegenover Allah vereist.” [Zie al-Qoertoebie, Tefsier van Soerah al-H'oedjoeraat.]
Dit blijkt uit de Woorden van Allah de Verhevene: “…Zou iemand van jullie het vlees van zijn dode broeder willen eten? Jullie zouden het zeker haten…” [Soerat al-H'oedjoeraat (49), aayah 12]
Aanwijzingen dat ghiebah een grote zonde is, worden ook gevonden in de volgende ah'aadieth: Al-Barra-e ibn ‘Aazib (moge Allah tevreden zijn met hem) verhaalde dat Allah's boodschapper (Allah's vrede en zegeningen zijn met hem) gezegd heeft: “Er zijn 72 niveaus van riba (rente), de laagste ervan is gelijk aan het begaan van overspel met diens eigen moeder. De ergste ervan is dat een man de eer (‘ird) van zijn broeder beledigd.” [Overgeleverd door at-Tabraanie, al-Awsat, van de overlevering van ‘Oemar ibn Rashied, die zwak (dha'ief) is. Onze sheikh al-Albaanie vermeldde dat andere vergelijkbare overleveringen zijn overgeleverd via andere sanad (Silsilah al-Ah'adieth as-Sah'ieh'ah, h'adieth nr. 1871). De h'adieth is sah'ieh' (authentiek) vanwege de verschillende ondersteunende sanad (ketens van overleveraars).]
‘Aa-ishah (moge Allah tevreden zijn met haar) verhaalde: “Ik zei tegen de profeet (Allah's vrede en zegeningen zijn met hem): “Het is erg genoeg dat Safiyah … is (sommige overleveraars zeiden: 'Zij zei dat ze kort was').” Hij (Allah's vrede en zegeningen zijn met hem) zei: “Jij hebt een woord gezegd dat als het gemengd kon worden met de zee, dan zou het (vervuild) zijn.” [Aboe Dawoed, h'adieth nr. 4875, Sah'ieh' Soenan Abie Dawoed, h'adieth nr. 4080; Tirmidzie zei dat het een sah'ieh' h'asan h'adieth is; al-Bayhaqie. Zie Ghaayah al-Maraam, h'adieth nr. 427.] (D.w.z. dat de gruwelijkheid ervan zo groot is, dat het, als het gemengd zou worden met de enorme hoeveelheid water van de zee, absoluut niet verborgen zou blijven.)
Aboe Hoerayrah (moge Allah tevreden zijn met hem) verhaalde dat Allah's boodschapper (Allah's vrede en zegeningen zijn met hem) gezegd heeft: “Weten jullie wat ghiebah is?” Zij zeiden: “Allah en Zijn boodschapper weten dat het best.” Hij zei: “(Het is dat) je iets over jouw broeder zegt waar hij een afkeer van heeft.” Iemand vroeg: “Wat als wat ik zeg over mijn broeder waar is?” Hij zei: “Als dat wat jij zegt waar is, dan is dat roddel (ghiebah); en als het niet waar is, dan is het een laster.”

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

www.islamhouse.com
Islam voor iedereen !